Derde KIMA-congres: terugblikken en vooruitkijken

Met ruim 150 aanmeldingen was een recordaantal deelnemers digitaal van de partij op het KIMA-congres op 1 juli. De derde editie markeert de helft van het kennisprogramma en bood veel onderzoekers een (virtueel) podium om hun bevindingen te delen en was tegelijk een moment om vooruit te kijken.

In verschillende filmpjes werden de deelnemers meegenomen naar Marker Wadden. Zo gaf Roel Posthoorn van Natuurmonumenten een rondleiding nu “het grote werk is gedaan”. Naast het aanhalen van een aantal feestelijke waarnemingen (onlangs nog de zeldzame lachstern), prees hij de inzet van de onderzoekers: “Ik ben blij met alle veldonderzoekers die helpen om Marker Wadden te doorgronden. Dat is een fantastische energie om mee te maken.” Een aantal van de KIMA-onderzoekers bood via vlotte vlogs een inkijkje in het veldwerk op de eilanden.

Leren van Marker Wadden

Vanuit de Deltares studio in Delft praatten verschillende onderzoekers de deelnemers bij over een zestal lopende onderzoeken. Via de chat kregen deelnemers de kans om vragen te stellen, die Sacha de Rijk (Deltares) vervolgens stelde aan de sprekers. Dagvoorzitter Wiegert Dulfer (Rijkswaterstaat) zorgde er speels voor dat de planning goed verliep. Thijs van Kessel (Deltares) kon een primeur delen in zijn sessie, namelijk dat een aanzienlijke hoeveelheid sediment (“genoeg om de eilanden te onderhouden”) in de slibgeulen en winputten is aangetroffen. Een sessie over monitoring stond in het teken van de kansen die satellietdata en drones bieden voor dataverzameling op afstand.

Geen visnetten, maar interviews

Stephanie IJff (Deltares) en Jeroen Veraart (WUR) gaven een bloemlezing over het recent uitgekomen rapport over de governance van Marker Wadden. “Wij kunnen geen visnetten gebruiken, maar we hebben wel 22 diepte-interviews afgenomen”, benadrukte Stéphanie het verschil met bètaonderzoek. In de interviews werden alle betrokken partijen, waaronder ook de opdrachtnemers en verschillende financiers bevraagd over de samenwerking. Dat is relevant omdat de verwachting is dat vergelijkbare publiek-private samenwerkingen vaker gaan voorkomen.

Het bleek voor de partijen onwennig te zijn, maar de betrokkenen staan nu juist in hun kracht, ziet Stéphanie. “Rijkswaterstaat heeft bijvoorbeeld veel ervaring met het opzetten van grote projecten en Natuurmonumenten juist met communicatie en beeldvorming.” De sleutel blijkt een klein maar gemotiveerd projectteam met leden die veel vrijheid hebben binnen hun eigen organisatie. Jeroen: “Het was natuurlijk aftasten, maar ik vergelijk het met een eerste verjaardagsfeestje; eerst ben je verlegen, maar als je naar tien feestjes gaat word je losser en ga je samen dansen.”

Het blijft vissen

De chat ontplofte met vragen toen onderzoekers Joep de Leeuw (WUR) en Casper van Leeuwen (NIOO-KNAW) hun bevindingen deelden over het visonderzoek. Onder meer met geluidsgolven volgen zij de vissen om te kijken waar de verschillende soorten zich voortplanten en waar ze zich voeden. Daaruit bleek dat vissen zich massaal schuilhouden in diepere delen, verrassend genoeg bleek ook dat de meeste vis uitgerekend in de haven voorkomt. Een sluitende verklaring moesten de onderzoekers schuldig blijven.  “Er zijn zoveel factoren die meespelen, zoals voedselbeschikbaarheid en type begroeiing”, legt Joep uit. “Mogelijk dat riet een grote rol speelt, maar ook voor ons onderzoek geldt; het blijft vissen”

De optimale omstandigheden zijn precies wat de onderzoekers proberen te achterhalen; om zo naast een vogelparadijs, ook een visparadijs te creëren. Inzicht in de primaire productie (vegetatie en micro-organismen) is daarvoor cruciaal, betoogde Ruurd Noordhuis (Deltares) in zijn sessie. De onderzoeker gaf de kijkers een historisch overzicht van de ontwikkeling van de waterkwaliteit in de voormalige Zuiderzee. “Inmiddels is er rondom Marker Wadden een bruisende verzameling van leven, terwijl dit altijd lager lag dan bij het IJsselmeer. Maar het blijft nu nog een stip op het Markermeer”, benadrukte hij.

Kijk verder

Vandaar ook de oproep om verder te kijken dan Marken Wadden alleen. Een boodschap die goed aansloot bij de introductie van Katja Portegies, die namens Rijkswaterstaat de nieuwe voorzitter is van de stuurgroep. Portegies toonde zich erg tevreden over onderzoeksresultaten: “Ik hoop dat anderen met deze kennis hun voordeel kunnen doen. Ons land mag klein zijn, de uitdagingen worden niet kleiner. Ik denk dat we veel kunnen leren van Marker Wadden, bijvoorbeeld als het gaat om de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW).”

Terugkijken?

Bekijk hier alle videos van het KIMA congres op 1 juli 2020