“Het blijft fascinerend dat vogels zo snel Marker Wadden ontdekken”

De bulldozers waren nog niet weg, of de eerste vogels begonnen al te broeden op de eilanden. Zo waren er al bijna 2.000 broedparen visdieven in 2017. Maar vestigt de visdief, een belangrijke pioniersoort, zich ook permanent op de nieuwe aangelegde eilanden en brengen ze ook genoeg jongen voort? Ja, zo lijkt op te maken uit de meetreeks tot nu toe en ook andere belangrijke pioniersoorten doen het goed.

Dat vogels vrijwel direct na het opspuiten van de eerste eilanden neerstreken, verbaasde ecoloog-onderzoeker  Jan van der Winden (eigenaar Jan van der Winden ecology, research & consultancy) helemaal niet. “Het is de enige plek waar pioniervogels, zoals de visdief, op grote schaal terecht kunnen.” Door vaste waterpeilen, harde kustlijnen met een gebrek aan geleidelijke overgangen en vanwege de vele recreatie langs de kust hebben veel vogels het zwaar met een notering op de Rode Lijst tot gevolg.  Marker Wadden biedt met ruige en kale zandgronden een ideaal heenkomen waar vogels vrijwel ongestoord kunnen broeden.

Samen met onder meer ecoloog  Camilla Dreef (zelfstandig ecoloog) en tal van vrijwilligers wordt de vogelpopulatie nauwlettend gevolgd. Van der Winden: “Ons onderzoek bestaat er kortgezegd uit of Marker Wadden ook echt het vogelparadijs is waar men van spreekt.” Naast tellingen van alle soorten wordt van sommige vogels ook het broedsucces gevolgd, dat wil zeggen hoeveel jongen een broedpaar gemiddeld grootbrengt. “Dat zegt iets over de kwaliteit van het gebied, zoals de voedselbeschikbaarheid en ook het gebrek aan natuurlijke vijanden zoals grondroofdieren.”

[tekst loopt door onder afbeelding]

Visdief - foto Camilla Dreef
Visdief - foto Camilla Dreef

Drie soorten indicatief

Drie soorten zijn een belangrijke graadmeter: De visdief, de dwergstern en kluut. Die laatste vogel laat een stabiele opmars zien. “De kluut voedt zich met wormpjes en insecten, dus dat duidt erop dat de primaire productie (bijvoorbeeld groei van bacteriën en planten) op de eilanden goed op gang is gekomen”, legt de onderzoeker uit. Ook de dwergstern doet het goed, wat erop wijst dat in de directe omgeving genoeg vis voor handen is. De sternsoort vliegt namelijk liefst niet te ver voor zijn vis. “Het is hartstikke mooi dat er genoeg voedsel voorhanden lijkt te zijn, dat maakt Marker Wadden echt een topplek.”

De visdief is met gemiddeld meer dan 1.000 broedparen de voornaamste pioniersoort. In tegenstelling tot de dwergstern, is de visdief bereid om verder te vliegen voor zijn vis. De visdief haalt zijn vis meestal op het IJsselmeer  en brengt ruimschoots genoeg jongen voort. Volgens de onderzoeker leveren de vogels een ‘wezenlijke’ bijdrage aan de landelijke populatie, te vergelijken met de schaal van de bevolking van Amsterdam ten opzichte van die in heel Nederland.

Tussenlandingen

Overigens blijkt de archipel niet alleen een populaire broedplek, maar ook vogels op doorvlucht naar het zuiden maken er graag een tussenlanding om aan te sterken. Zo zaten er in de herfst 10.000 wintertalingen, een kleine eendensoort. Ook grutto’s maken graag van de slibvlaktes gebruik. “Ik zag laatst dat een grutto die hier is gezenderd is, alweer van Senegal naar Spanje is gevlogen. Het kan maar zo zijn dat hij in februari nog even komt aansterken om vervolgens in Friesland te gaan broeden. Het blijft toch fascinerend dat vogels zo snel een plek als Marker Wadden ontdekken.”

Rapporten

Onderzoekers Camilla Dreef, Sonja Weeda en Maarten Hotting meten en wegen en ringen kuikens van visdieven
Onderzoekers Camilla Dreef, Sonja Weeda en Maarten Hotting meten en wegen en ringen kuikens van visdieven